2.6 doosnummerLabel en Barcode instructies voor ‘multiples’ en ‘stuksverpakkingen’

Aanlevering van ‘multiples’ en ‘stuksverpakkingen dient te gebeuren met een doosnummer. Dit betekent dat iedere drager, (voor ‘multiples’ de omdoos en voor ‘stuksverpakking’ de pallet of rolcontainer) voorzien dient te zijn van een uniek doosnummer (en barcode). Dit nummer verwijst naar de paklijst waarop staat aangegeven welke artikelen zich op deze drager bevinden.

 

Voor aanlevering van ‘big tickets’ en ‘hanggoed’ is dit niet verplicht.

 

De drager (voor ‘multiples’ dus de omdoos en voor ‘stuksverpakking’ de pallet of rolcontainer) dienen te zijn voorzien van een label waarop het volgende is geprint:

 

Naam leverancier  : voorkeur: Font ARIAL Size 12/ maximaal 1 regel

Barcode code 128 van het voorgemelde doosnummer

Doosnummer geprint als serienummer : voorkeur: Font ARIAL Size9

hoofdstuk2_doosnummerlabel

Twee voorbeelden van doosnummerlabel LscZ

 

doosnummer Barcode Code 128 Instructies(Afmeting & inhoud):

 

  • Barcode type: C128B
  • Minimum hoogte: 14 mm
  • Quiet zone (witregel): minimum 4 mm
  • X-dimension (dikte van dunste balk): tussen 0.33 en 0.51 mm
  • De informatie in de barcode moet overeenkomen met het doosnummer waarmee de betreffende doos is aangemeld
  • Een doosnummer dient uit minimaal 3 posities te bestaan
  • Een doosnummer dient per leverancier uniek te zijn binnen een jaar of uniek te zijn per drager (het nummer mag niet in meerdere actieve ASN’s voorkomen op de vloer bij LscZ en niet meerdere keren binnen één ASN voorkomen)
  • Een doosnummer kan uit letters en cijfers bestaan